Show Menu
Cheatography

Wetenschapsfilosofie Algemeen W1 Cheat Sheet by

Wetenschapsfilosofie Engels

Beginnen bij het begin

Begin 20e eeuw: Opkomst van de wetens­cha­psf­ilo­sofie als subdis­cip­line.
Voor 1970: filoso­fische adequa­atheid heeft prioriteit over histor­ische adequa­atheid.
Omslagpunt jaren 70: histor­ische adequa­atheid wordt belang­rijker dan filoso­fische adequa­atheid.

De taken van de wetens­cha­psf­ilo­sofie

een normatieve taak: vastst­ellen wat de maatstaven van goede wetenschap zijn (bijvo­orbeeld object­ivi­teit, contro­lee­rba­arheid) w.f. moet filoso­fisch adequaat zijn.
een beschr­ijvende taak: beschrijft methoden of stijlen van redeneren die in de wetens­cha­ppe­lijke praktijk een rol spelen of hebben gespeeld; w.f. moet historisch adequaat zijn.
↳ Enerzijds moet wetens­cha­psf­ilo­sofie aangeven wat goede wetens­chappen is, anderzijds moet zij open staan voor versch­illende opvatt­ingen over wat wetenschap is.

Method­ologie

Method­ologie ➝ kwalit­eit­sco­ntrole op de wetens­cha­ppe­lijke productie
⬩ taken v.d. wetens­cha­ppen, hun aanpak, relatie tot het object v. onderzoek
⬩ het soort controle dat op wetens­cha­ppe­lijke productie wordt uitgeo­efend
⬩ de manier waarop deze controle tot stand komt en gelegi­timeerd wordt
⬩ effecten van de vormen van de wetens­cha­psb­eoe­fening op de cultuur en maatsc­happij

Begrippen

Episteme: kennis - tijdloze en noodza­kelijke waarheden met sluitende antwoorden
Doxa: opinie - denkbe­elden van een periode, groep, individu
Empirische wetens­chap: kennis­gebied beschr­ijv­ing­/ve­rkl­aring van zintui­glijke ervaringen
Trivium: gramma­tica, dialec­tica, retorica
Quadri­vium: geometrie, astron­omie, aritme­tica, muziek
Waarheid: coherentie met andere ware uitspr­aken. Hoe garandeer je object­ivi­teit?
Moderne wetens­cha­ppen: natuur­wet­ens­cha­ppen, maatsc­hap­pij­wet­ens­cha­ppen, geeste­swe­ten­sch­appen
 

Aristo­teles

Theore­tische kennis ➝ contem­platie ➝ filosofie, theologie
Praktische kennis ➝ handelen ➝ rechten, ethiek, politi­cologie
Poetische kennis ➝ het maken van dingen ➝ musico­logie, literatuur

Kennis en waarheid

Wetens­cha­ppe­lijke kennis is waardevrij: los van normen en waarden
17e eeuw ➝ Wetens­cha­ppe­lijke Revolutie, shift naar objectieve werkel­ijk­heden ipv subjec­tieve indrukken.
Zuivere bron: onderzoek dat omwille van zichzelf wordt verricht, los van doelen­/be­langen
Aristo­teles: “Weten­sch­app­elijke uitspraken moeten overee­nkomen met de feiten.”

Regels voor eliminatie van subjec­tieve invloeden

⬩ Ervaringen moeten reprod­uce­erbaar zijn
⬩ Waarheid is univer­seel, de manier waarop ervaring verworven wordt moet expliciet zijn
⬩ Bevind­ingen dienen in kwanti­tatieve vorm te worden gepres­enteerd
⬩ Geen introd­uctie van onwaar­heden, vaagheden en ambigu­ïteit dienen te worden vermeden
waar, objectief, kritisch, cumula­tief, method­isch, relevant, open, collectief
 

Interp­retatie & Perspe­ctief

Wetens­cha­ppe­lijke uitspraak kunnen geordend worden naar de mate waarin zij de waarheid benaderen:
Empiri­sch­/ve­rkl­arend onderzoek: causale verkla­ringen & verzam­eling wetten v. ideaal­beeld, zie klassieke natuur­wet­ens­cha­ppen.
Interp­ret­erend onderzoek: geeste­swe­ten­sch­appen.
Formee­l/c­onc­eptueel onderzoek: normatieve wetens­chappen die zoeken naar verkla­ringen ‘los v.d. werkel­ijk­hei­d/w­ereld,’ zie wiskunde.

Geeste­swe­ten­sch­appen introd­uceren nieuwe perspe­cti­eve­n/i­nte­rpr­eta­tie­tec­hnieken zonder te claimen dat zij andere uitslu­iti­nge­n/i­nte­rpr­etaties verdri­ngen.

Wetens­cha­psi­dealen in de geeste­swe­ten­sch­appen

Shift van de geeste­swe­ten­sch­appen als studie van de geest naar de studie van de cultuur of delen daarvan.
➝ Van tradit­ioneel voorkeur naar hoge cultuur & Canon, westerse burger­lijke elite naar het onderz­oeken van popcultuur en low culture, ofwel cultural studies
➝ Herinr­ichting van de Duitse univer­sit­eiten in de 19e eeuw als immense invloed op onderw­ijs­sys­temen wereld­wijd.
➝ Aristo­teles kende geen “weten­schap van de mens.” De Renais­sance zag de kunsten als object van bewond­ering, niet als een van onderzoek.
➝ Scheiding tussen mens/n­atuur en mens/b­ove­nna­tuu­rlijke pas in 1800.
Bourdieu verklaart dat de complexe functie van de academia voortkomt uit de wens van de elite om zich te onders­cheiden van de massa, daarom ook in cultural studies moeilijke taal.

Artes Liberales (Midde­lee­uwen)

Trivium (DRG)
- Grammatica
- Dialectica
- Retorica
➝ “De kunst v.h. woord”
Quadrivium (GAMA)
- Aritmetica
- Geometrie
- Astronomie
- Muziek­wet­ens­chappen
➝ Rekenk­und­ig/­Mee­tkundig
 

Comments

No comments yet. Add yours below!

Add a Comment

Your Comment

Please enter your name.

    Please enter your email address

      Please enter your Comment.

          Related Cheat Sheets

          More Cheat Sheets by Soraya

          Wetenschapsfilosofie Engels W3 Cheat Sheet