Show Menu
Cheatography

Stoomturbines Enthalpie & Entropie Cheat Sheet (DRAFT) by

Stoomturbines - Stoom -Enthalpie -Entropie -Theoretisch kringproces stoomturbine in P-V, T-S & H-S diagram HvA Opl. Maritiem Officier, jaar 2, BTB4

This is a draft cheat sheet. It is a work in progress and is not finished yet.

Stoom

De specifieke arbeid van de stoom,
 De hoevee­lheid arbeid die 1 kg stoom kan verrichten
We spreken over twee soorten stoom, namelijk:
-
Verzadigde stoom
 
-
Overve­rhitte stoom (onver­zadigde stoom)
 
.
Soorte­lijke Warmte
De hoevee­lheid warmte in J die nodig is om 1 gram van een bepaald medium 1 K in temper­atuur te doen stijgen.
Bij water:
De soorte­lijke warmte van water gelijk is aan 4,19 kJ/kg.K
Bij gassen en bij stoom:
Wordt onders­cheid gemaakt in  soorte­lijke warmte bij constante druk, aangeduid met cp en soorte­lijke warmte bij constant volume, aangeduid met cv. 
Bij de formule dH= c* dT, is voor gassen cp (s.w. bij constante druk) ong. 40 % groter dan cv (s.w. bij constant volume).
Wanneer je warmte toevoert aan een gas of stoom bij een constante druk (cp), zal met de temper­atu­urs­tijging ook gelijk het volume toenemen. Hier is extra warmte voor nodig. 
Dit is omdat er bij cp arbeid verricht wordt, dus er is meer energie nodig om de T te doen stijgen
Hierom is cp ook altijd groter dan cv. 

Verzadigde stoom

Bij het blijven toevoeren van warmte aan water op verzad­igi­ngs­tem­per­atuur, gaat de verdamping door tot al het water verdampt is. De gevormde stoom heeft tijdenshet verdampen dezelfde temper­atuur en druk als het water. Ze zijn dus met elkaar in evenwicht.
Kenmerken van verzadigde stoom, zijn:
-
Druk en temper­atuur zijn gekoppeld.
 
Natte Stoom
Als er in verzadigde stoom kleine waterd­rup­peltjes aanwezig zijn.
De stoom conden­seert dan gedeel­telijk, waardoor er waterd­ruppels ontstaan. Dit kan gebeuren door warmte­verlies in een verzadigde stooml­eiding waar het medium met grote snelheid door heen stroomt.

Overve­rhitte stoom

Indien al het water verdampt is en de warmte­toevoer gaat nog steeds door, zal deze warmte opgenomen worden door de verzadigde stoom. Hierdoor zal deze stoom in temper­atuur gaan stijgen.
Wanneer de temper­atuur van de stoom hoger is dan de verzad­igi­ngs­tem­per­atuur, spreekt men van overve­rhitte stoom. Overve­rhitte stoom kan men ook verkrijgen wanneer men verzadigde stoom buiten aanwez­igheid van water verwarmt, zoals gebeurt in een overve­rhitter van een stoomk­etel.
Overve­rhitte stoom komt ook wel eens voor onder de naam onverz­adigde stoom.
Kenmerken van overve­rhitte stoom, zijn:
- Druk en temper­atuur niet gekoppeld
- Gedraagt zich als gas i.p.v. damp
- Gebruiken dit graag, omdat
-
De temp. toe neemt bij gelijk­bli­jvende druk, daarmee stijgt de specifieke arbeid van de stoom.
 
-
De afgewerkte stoom (stoom nadat deze arbeid heeft verricht) minder vloeibaar water bevat
Een waterg­ehalte boven de de 12 % geeft erosie op de (laatste) schoepen door botsingen met kleine waterd­rup­pel­tjes).

Stoom als warmte­drager

Voordelen:
- Stoom heeft per kg meer conden­sat­iew­armte beschi­kbaar dan welk ander middel ook.
- Stoom is onbran­dbaar, niet giftig, milieu­vri­end­elijk.
- Stoom en condensaat zijn niet onderhevig aan veroud­ering.
Nadelen:
- Het systeem staat onder druk en daar stoom sterk kan expanderen is er bij bezwijken van onderdelen explos­ieg­evaar. Daarom worden er hoge sterkt­e-eisen aan de instal­latie gesteld en is deze onderw­orpen aan periodieke keuring.
- Door de stoomdruk en de snijdende weking van de stoom hebben lekkages de neiging om snel groter te worden.
- Het conden­saaat en het ketelwater zijn van zichzelf corrosief en moeten daarom chemisch behandeld en regelmatig gecont­roleerd worden.
- Bij het noodza­kelijk puien van de ketel gaat warmte verloren.
- Het condensaat kan -bij stilstand- in leidingen bevriezen en deze laten stuksp­ringen.
- Voor een zuinig bedrijf zijn conden­spotten nodig.
Mede door deze nadelen heeft stoom veel terrein verloren aan thermische olie op het gebied van verwar­min­gss­yst­emen.

Specifiek Stoomv­erbruik

De term specifiek brands­tof­ver­bruik kennen juliie al van de diesel­motor, deze kun je ook gebruiken voor stoom.
Let wel; het brands­tof­ver­bruik van de ketel tbv stoom voor de stoomt­urbine geeft een vertekend beeld, omdat de ketel vaak ook stoom produceerd voor de produc­tie tbv verwar­min­gsd­oel­einden.
Analoog met de diesel­motor, kan voor de stoomt­urbine de term specifiek stoomv­erbruik worden geintr­odu­ceerd, hierin is natuurlijk de massas­troom stoom enkel de stoom naar de turbine.
 

Enthalpie van stoom

Enthalpie

De warmte inhoud van water of stoom van een bepaalde toestand,
dit is de totale hoevee­lheid warmte in J, die nodig geweest is om 1 g water vanaf 0 °C op te warmen, om het tot die toestand te brengen. 
 
Het wordt uitgedrukt in J/g of kJ/kg
 
Het wordt aangeduid met h 
De hoevee­lheid warmte, die nodg is om een massa van 1 kg stoom met een bepaalde druk en temper­atuur te vormen uit water met een temper­atuur van 0 °C bij een druk van 1 bar.
-Is een afgele­ide­ to­est­and­sgr­ootheid van p, V, T en U
-Is een maat voor de inwendige energie

Enthalpie Formules

Voor natte of overve­rza­digde stoom, geld:

h = hv + x * r

Waarin:
h = enthalpie in kJ/kg
x = dampge­halte, onbenoemd
r = verdam­pin­gsw­armte in kJ/kg

Enthalpie :

H= U+ p*V 
p= druk, V=volume en U= inwendige energie

Voor gassen­/vl­oei­stoffen dat
geen faseov­ergang doorgaat geldt:

H= cT   dH= c dT 
per kg  c= soorte­lijke warmte

Q= mdH = mcdT; (warmte)*

P= MsdH (vermo­gen)*
P=warm­estroom (W)  Ms= massas­tro­om(­kg/s)    
Enthalpie van water en stoom te vinden in stoomt­abe­llen. 
Of online­: ERIKS Stoomc­alc­ulator.

Principe Enthalpie

- Inwendige energie kan niet als absolute waarde gekwan­­ti­f­i­ceerd worden.
Dus absolute waarde onbekend
- Het gaat om de enthalpie versch­illen.
dit is de hoevee­­lhe­id toe of af ­te ­voe­ren­ wa­rmt­e t­uss­en ­twe­e t­oes­­tanden.
- Het ijkpunt 0 gr C,
het beginpunt voor de bereke­ningen van enthalpie van waterdamp.
- Met stoom ­als­ warmte drager, enthalpie is:
de hoe­ve­e­l­h­eid­ wa­rmt­e d­ie ­nod­ig is om sto­om ­vanaf 0grC via ee­n i­sob­­aar­­pr­o­ces­ te­ vo­rmen.
- Bij stoom met fase overgangen te maken,
Dus enthalpie kan niet met de formules voor vaste fases, dus de c * dT, berekend worden.
- Tijdens faseov­ergang extra warmte toe of afgevoerd.
De verdam­pin­gsw­armte resp. Conden­sat­iew­armte 
Let altijd op bij werken in stoomt­abellen of je met een overdruk of absolute druk te maken hebt.

Stoomd­iag­rammen

Het gaat hier over stoom als warmte­drager en zijn vermogen om arbeid te verric­hten.
Er zijn 3 soorten stoomd­iag­rammen die we gebruiken, namelijk:
- P-T Diagram
- P,T-h Diagram,
- Log P,T-h Diagram,
 
P-T Diagram
- De damp- of stoomdruk tegen de temper­atuur uitgezet.
- Is geen lineair verband.
- Verzadigde stoom, dus damp.
- Druk en temper­atuur zijn gekoppeld,
Temp. bepaald de dampsp­anning en de dampsp­anning neemt toe naarmate de temp. hoger wordt.
- Lijn loopt van 0 tot 374 gr C,
het eindpunt, kritische temper­atuur.
- Boven kritische temp. wordt het een gas,
Dus geen onders­cheid meer tussen vloeistof en damp
 
P,T-h Diagram
- De druk en temper­atuur tegen de enthalpie van damp uitgezet.
- H = absolute enthalpie
- h = soorte­lijke enthalpie
enthalpie per kg
- X is het damp gehalte,
bij x=0 loopt  de vloeis­tof­lijn, bij x=100 de verzadigde damplijn.
- Beide X lijnen komen in de top samen,
bij het kritische punt (temp.). Voorbij lijn x=100 wordt de stoom overve­rhit.
- Isopsychre lijn,
een lijn van constant dampge­halte, al deze lijnen lopen bij lage druk vrijwel samen. 
- Het zog. Co-exi­ste­nti­ege­bied,
opp. onder de parabool, is een mengsel van verzadigde damp/ stoom (natte stoomgenoem­d) en vloeistof.
 
Log P,T-h Diagram
- De druk en temper­atuur logari­tmisch afgezet tegen de enthalpie.
- Wordt gebruikt om het onders­cheid tussen de dicht op elkaar lopende isopsy­chren beter te zien.
- h = soorte­lijke enthalpie
enthalpie per kg
- Het zog. Co-exi­ste­nti­ege­bied,
opp. onder de parabool, is een mengsel van verzadigde damp/ stoom (natte stoomgenoem­d) en vloeistof.
- Isopsychre lijn,
een lijn van constant dampge­halte

P,T-h Diagram

De druk en temper­atuur worden beiden verticaal weerge­geven tegen de enthalpie van damp, welk horizo­ntaal is aangegeven

Log P,T-h Diagram

Verticaal zijn de druk (rechts) en de temp. (links) weergeven, ze zijn beiden­ Lo­gar­itm­isc­h a­fge­zet­ te­gen de enthalpie, welk horizo­ntaal wordt aangeduid.

Voorbij de vloeis­toflijn rechts is overve­rhitte stoom (licht overve­rhitte stoom wordt droge stoom genoemd.

Enthalpie in het Coexis­ten­tie­gebied

als je ergens op een horizo­ntale lijn in het coexis­ten­tie­gebied zit, dan heb je te maken met een deel vloeistof (1-x) en een deel damp (x).
De som van de enthalpie van dit deel damp en vloeistof samen = de enthalpie van de vloeistof plus het dampge­halte * de verdam­pin­gsw­armte (r)
Hd= Hv­l+x*r
 

Entropie

Dit is de verhouding tussen de totale toegev­oerde warmte in kJ aan 1 kg water of stoom of water stoomm­engsel en de heersende temper­atuur. Het wordt uitgedrukt in kJ/kg en aangeduid met s.
- Absolute entropie kan niet berekend worden
- Het gaat om het entrop­iev­ers­chil.
- Een maat voor de stoomk­wal­iteit.
De entropie geeft aan hoe goed de energie van de ene in de andere vorm in een werktuig wordt omgezet.
 
Goed wil in dit geval zeggen: hoe kleiner het entrop­iev­erschil des te beter is de energi­eom­zet­ting.
- Een lage entropie komt overeen met een hoge stoomk­wal­iteit
- Een hoge entropie komt overeen met een lage stoomk­wal­iteit.
Is het entrop­iev­erschil klein, dan vindt de energie omzetting plaats met weinig interne verlie­zen. 

Definitie Entropie S

Is een toesta­nds­gro­otheid,
gedefi­nieerd als de geredu­ceerde warmte, die nodig is om water van 0 gr C langs de weg van omkeerbare processen in de betref­fende toestand te brengen.
 
Uitgedrukt in kJ/K
Soorte­lijke entropie s
per massa eenheid (kg), uitgedrukt in kJ/kgK
 
Isentrope proces
De toesta­nds­ver­and­eringis omkeerbaar adiaba­tisch (geen warmte­-ui­twi­sseling met de omgeving)
 
Dan is: dQ=0 en S1=S2 en delta S=0.
De geredu­ceerde warmte
dQ/T (dit is een hoevee­lheid af- of toegev­oerde warmte bij een bepaalde temper­atuur)

Definitie Entropie S

Wann. van toestand 1 naar 2 gaan in willek­eurige, maar omkeerbare weg, dan blijkt de uitkomst van de geredu­ceerde warmte onafha­nkelijk van de gevolgde weg te zijn.

Dit is de eigenschap die karakt­eri­stiek is voor een toesta­nds­gro­otheid. Er bestaat dus een toesta­nds­gro­otheid, waarvan het verschil, genomen tussen twee toestanden 1 en 2, gelijk is aan integraal van 2 naar 1 over dQ/T. Deze toesta­nds­gro­otheid heet entropie, aangegeven met letter S

Stoomd­iag­rammen

Bij entropie zijn er een aantal stoomd­iag­rammen, namelijk:
-
H-S Diagram
-
Mollier Diagram
-
T-S Diagram

H-S Diagram

Een volledig H-S diagram van water en stoom en het co-exi­ste­nti­ege­bied.
De entropie afzetten tegen de enthalpie.
Het gearceerde gebied is waar we bereke­ningen doen voor stoomt­urb­ines, dit uitver­groot is het Mollie­rdi­agram.
Je ziet ook de isopsy­chren, en voor stoomt­urbines is een expansie van damp voorbij x=0,82, dus een waterg­ehalte van meer dan 12% niet geschikt i.v.m. erosie van de schoepen door waterd­rup­pels.
Je ziet dus ook dat het Mollie­rdi­agram niet dit gebied bestrijkt.

Mollier Diagram

Het gebied waar we met natte en droge stoom in werken.
Links de enthalpie in kJ/kg, Rechts de entropie in kJ/kgK.

In het Mollie­rdi­agram kan eenvoudig de begin en eindto­estand ingetekend worden aan de hand van druk, temper­atuur en dampge­halte en dan verticaal de enthal­pieval delta H aflezen. 

Je kan al deze nuttige waarden ook terugv­inden in de stoomt­abel. Stoomt­abellen kunnen onderling enigszins versch­illen, benoem altijd welke stoomtabel je gebruikt hebt.

Mollier Diagram

De isentr­­open
Verticaal van links naar rechts
De isotha­­lpen
Horizo­ntaal van beneden naar boven
De verzadigde damplijn
De dikke lijn, x = 1,00
 
-
natte-­sto­omg­ebied er onder
 
-
overve­rhi­tti­ngs­gebied er boven 
De isopsy­­chren
Aangeduid met x=0,80 , x= 0,85 enz.
De isobaren
In het natte-­­st­o­o­mg­­ebied 
De isothermen
In het overve­rhi­­tt­i­n­gsg­ebied

T-S Diagram

Isenthalp =
blauw

Isobaar =
rood

Isochoor =
groen

Isopsy­chren =
zwart

Top =
kritisch punt
 

Theore­tisch kringp­roces

Het theore­tisch kringp­roces in de volgende diagra­mmen:
-
P-V Diagram
-
T-S Diagram
-
H-S Diagram

P-V Diagram

T-S Diagram

H-S Diagram

Kringp­roces van de stoomt­urbine

1-2 =
Op druk brengen van water door de ketelv­oed­ing­swa­terpomp tot aan de keteldruk.
2-3 =
Verwarming ketelwater onder constandte druk tot verdam­pin­gstemp is bereikt.
3-4 =
Verdamping van water onder constante druk en temp tot stoom.
4-5 =
Overve­rhi­tting van natte stoom.
5-6 =
Isentrope expansie van overve­rhitte stoom tot aan de conden­sordruk (theor­etische warmteval, in het echt is niet isentr­opi­sch!!). In deze stap wordt arbeid door stoom op de turbine verricht.
6-1 =
Conden­satie van afgewerkte stoom bij constante druk en temper­atuur in de condensor.
In de eerste twee diagrammen is de opperv­lakte ingesloten door het proces (links en midden) een maat voor de verrichtte arbeid, in het H-S diagram is dit de lengte van lijnstuk 5-6
,en dus eenvoudig af te lezen.

Formule van Zeuner